Kimberley Rijsbergen geeft haar ogen en oren goed de kost tijdens de wedstrijddagen in Spanje.
Kimberley Rijsbergen geeft haar ogen en oren goed de kost tijdens de wedstrijddagen in Spanje.

Kitesurfer Kimberley Rijsbergen maakt kennis met top

Sport 555 keer gelezen

KITESURFEN
Waddinxveen - Kimberley Rijsbergen beleeft het komende weekeinde haar vuurdoop op het hoogste podium. De Waddinxveense kitesurfer, lid van het Nederlandse team, maakt haar opwachting tijdens een Formule Kite-wedstrijd in het Spaanse Valencia.

“Ik ben best wel gespannen”, zegt ze vanuit haar hotelkamer in Valencia. “Dit is een grote wedstrijd, nét onder het EK en WK. Er is een stevig deelnemersveld met alle toppers van de wereld.”

Dat zij als nieuwkomer in het internationale veld kan deelnemen aan de twee events – na Valencia verplaatst het kitesurfcircus zich naar het nabijgelegen Castellón – beschouwt zij als een buitenkans. “Als jij mij vraagt of ik hier iets te zoeken heb, zeg ik nee. Maar door corona zijn er nauwelijks wedstrijden. Ik wil ervaring opdoen en dat doe je niet door alleen maar te trainen.”

Pechperiode
Rijsbergen kende afgelopen jaar, los van alle hinder door corona, ook veel fysieke malheur. Ze liep een gescheurde enkel- en knieband op en was ook geblesseerd aan haar schouder. “Ik heb een pechperiode gehad. Kitesurfen vindt plaats met grote snelheid en dat betekent dat er altijd risico is. Als je honderd keer op het water klapt, gaat het 99 keer goed. Bij mij dus niet.”

Zowel in Valencia als in Castellón zijn er drie wedstrijddagen. Rijsbergen kijkt er enorm naar uit. “Ik heb er super veel zin in. Ik weet dat ik mezelf ga tegenkomen, maar dat is logisch bij deze stap. Ik ga mijn ogen en oren goed de kost geven. Ik zie het als één grote trainingsweek waarbij ik mezelf in het diepe gooi. Mijn doel is om nu wedstrijdervaring op te doen tussen topracers en er comfortabel mee te worden. Ik ben supertevreden als ik mijn races gefocust en beheerst doorkom met goede lijnen en manoeuvres. Na deze twee weken kan ik zien waar ik sta en waar ik naartoe moet. Eén ding is sowieso zeker: ik kan veel meer uren maken dan ik in Nederland kan. De omstandigheden hier zijn ideaal.”