Een ingezonden brief, dit keer over de volksvertegenwoordiging in Waddinxveen.
Een ingezonden brief, dit keer over de volksvertegenwoordiging in Waddinxveen. Foto: Pixabay
Ingezonden

Juist behoefte aan eenheid

Ingezonden 673 keer gelezen

Wie denkt dat de lokale volksvertegenwoordiging nog werkt, wie denkt dat lokale politieke partijen het maatschappelijk belang dienen en wie denkt dat socialisme op lokaal niveau nog bestaat, kan het echt vergeten. Althans, het bestaat niet meer in Waddinxveen.

Ik nam onlangs als burger die al 40 jaar in Waddinxveen woont, contact op met de fractie van de kleinste lokale politieke partij in Waddinxveen. De vraag ging over een bouwvergunning. Mijn voorkeur ging in eerste instantie uit naar deze partij omdat ik de prominenten goed ken en daardoor op een duidelijk antwoord had gehoopt.

Tevergeefs, want na enkele dagen ontving ik van deze fractie een teleurstellend en vreemd antwoord. Een lid van de fractie gaf me te kennen dat de raad geen bouwvergunningen behandelt en dat ik beter contact op kon nemen met de gemeentebalie.

Ik trok dat antwoord meteen in twijfel en in mijn hoofd bleef de vraag rondspoken: ‘Behandelt de gemeenteraad van Waddinxveen inderdaad geen bouwvergunningen meer?’ Sinds wanneer is dat dan? Of heb ik dit antwoord bewust ontvangen omdat het in deze casus om een andere gemeenschap gaat, waar desbetreffende fractie misschien niets mee te maken wil hebben?

Ik was totaal verrast. Uiteindelijk ben ik tot de slotsom gekomen dat de lokale partijen niet iedereen vertegenwoordigen.

Ook het enthousiasme voor de lokale sociale democratie in Waddinxveen slinkt steeds meer en heeft in de laatste tien jaar weinig succes. De vertegenwoordigers komen nergens in actie en ze laten hun gezichten bij de kiezers niet meer zien.

Ze zijn allemaal alleen maar gefocust op macht. De ene partij gunt de andere partij niets of ze jagen elkaar weg, terwijl de burger juist in deze moeilijke periode grote behoefte heeft aan eenheid, volwaardige belangenbehartiging en volksvertegenwoordiging.

  • Abdelkader Alhaft