WSV veroordeeld tot schaken op afstand

SCHAKEN
Waddinxveen – WSV had zich de start van de fusie met het Boskoopse InterNos anders voorgesteld, maar er wordt in elk geval weer in clubverband geschaakt door WSV-InterNos. Vanwege de beperkende maatregelen kan dat alleen nog maar met een online-competitie. “Het is nog altijd beter dan helemaal niks.”

Door Erik van Leeuwen

“Een kind kan de was doen”, zegt Arjen Zuurmond als hij uitlegt hoe je in een handomdraai een interne competitie opzet. Hij is in zijn huis aan de rand van het Gouwebos op zijn laptop ingelogd op www.chess.com. “Je maakt een vereniging aan en hoppa, je kunt spelen.”

Het geduld van de Waddinxveense schakers, die op 1 juni officieel in het huwelijk traden met het Boskoopse InterNos, wordt in het huidige coronatijdperk danig op de proef gesteld. Terwijl andere sportclubs alles weer hebben kunnen opstarten, hikt WSV tegen de bijzondere status van de schaaksport aan. “We vallen onder de binnensportclub en die mogen pas op 1 juli weer van start”, legt voorzitter Bert van der Knaap uit. “Daarnaast hebben we te maken met de anderhalvemeterregel.” 

Dat is, zo zegt de preses, de grootste uitdaging. Want hoe organiseer je onder de huidige omstandigheden een schaakwedstrijd, waarbij de tafel normaal al anderhalf meter lang is en twee tegenstanders bij een gemiddelde partij zo’n drie uur boven het spelbord hangen en elkaars stukken aanraken? 

“Het zijn heel veel uitdagingen tegelijk”, reageert Van der Knaap. “Om te beginnen de ruimte in het Anne Frank Centrum. Als 75 procent van de vijftig leden naar onze vaste clubavond komt, kunnen we niet iedereen met de anderhalvemeterregel een plekje geven. Een oplossing is misschien gebruik maken van de kleinere zaaltjes.”

Van der Knaap en het bestuur van de fusieclub houden de landelijke ontwikkelingen scherp in de gaten. Het wachten is op het ei van Colombus, zo lijkt het. “Ik heb al heel wat mogelijkheden voorbij zien komen. Van plexiglas tot borden op rails. Het is allemaal wel wat omslachtig en lastig.”

Eigen bord
De meest kansrijke optie lijkt nog om op twee borden te spelen met ‘ergens’ tussen die twee tafels een derde tafel met klok en papier waarop spelers hun zetten kunnen noteren. “Je hebt dan wel je eigen bord, maar ideaal is het zeker niet. Als je al weet dat een schaker bij het minste of geringste om stilte vraagt als er een geluidje is in de speelruimte, weet je dat dit ook niet onomstreden is.”

In afwachting wat er komen gaat is WSV-InterNos inmiddels gestart met wat Van der Knaap noemt ‘The Next Best Thing’, een schaakcompetitie online. Zuurmond heeft zich ontfermd over de rapidcompetitie. “Er is flinke animo, er doen 27 spelers mee. Ik zorg dat er een programmaatje is aangemaakt. We spelen gewoon op onze vaste clubavond, op donderdag. Het is tien minuten per persoon per partij.” 

Daarnaast heeft Van der Knaap een langepartijcompetitie opgezet. “We zijn met zijn twaalven. Op deze manier blijf je wel met elkaar in contact, het is al moeilijk om de verenigingsband goed in stand te houden.” Van der Knaap hoopt dat op 1 september de leden elkaar weer ‘fysiek’ kunnen bestrijden. “Zonder anderhalve meter dus.”